Defensie start onderzoek naar misbruikaffaire militair in Weert
© John Peters
Er komt een onderzoek naar de doofpotaffaire rond het seksueel misbruik van militair Ronald Vreeburg op de Koninklijke Militaire School (KMS) in Weert.
Defensie wil de onderste steen boven rond het misbruik van Vreeburg in 1982 door vijf andere soldaten. Dat bevestigt een woordvoerder van het ministerie van Defensie. "We lopen niet vooruit op zaken als eventuele ontslagen. We onderzoeken met name hoe er is omgegaan met de melding. Het is ronduit schokkend dat dit kan gebeuren. Nu en ook in 1982. Het is belangrijk dat dit onderzocht wordt."
Vijf belagersVolgens zijn eigen verklaring werd Ronald Vreeburg als 17-jarige door vijf militairen seksueel misbruikt. Vier van de vijf vermeende belagers zijn nog altijd in dienst bij de krijgsmacht of het ministerie, bevestigt de woordvoerder.
De inmiddels 52-jarige man zou op de Koninklijke Militaire School in Weert in 1982 belaagd en seksueel misbruikt zijn. Toen hij daar melding van maakte, werd hij weggestuurd en zijn belagers bleven ongestraft, zo blijkt uit onderzoek van De Volkskrant. Vier van de vijf belagers zijn nog altijd in dienst bij de krijgsmacht of het ministerie.
Het verhaal van Vreeburg wordt volgens De Volkskrant grotendeels bevestigd door drie (oud)-medewerkers van defensie.
VastgebondenHet misbruik zou plaats hebben gevonden op een avond in juni 1982. De toen 17-jarige Vreeburg werd volgens eigen zeggen door vijf soldaten overmeesterd. De mannen trokken zijn kleren uit en bonden Vreeburg met riemen vast op het bed. De soldaat werd vervolgens door vier mannen in bedwang gehouden, waarna de vijfde hem misbruikte.
De oud-groepscommandant waarbij Vreeburg het misbruik destijds meldde, liet eerder aan De Volkskrant weten zich niets van een dergelijke melding te herinneren. Toen Vreeburg in 2015 na een uitnodiging voor een reunië besloot om het misbruik nogmaals aan te kaarten, kreeg hij te horen dat de zaak inmiddels verjaard was.
MeldingenHet onderzoek naar de doofpotaffaire wordt uitgevoerd door de Centrale Organisatie Integriteit Defensie (COID). Naast een feitenonderzoek wordt ook gekeken naar de vraag waarom defensie zowel in 1982 als in 2015 zijn meldingen over het misbruik negeerde.