Veilig scheepvaartverkeer gaat vele miljoenen kosten

De Maas in Maastricht. © Harry Heuts

Om het scheepvaartverkeer door Maastricht op de lange termijn veilig te houden, moet voor tientallen miljoenen aan maatregelen genomen worden. Meest opvallend zijn de plannen om de oostelijke Maasoever ten noorden van het centrum te verbreden en de spoorbrug te verhogen.

Vikkie Bartholomeus

Rijkswaterstaat is met het ministerie in overleg over de veiligheid van de scheepvaart op het zuidelijke stuk van de zogeheten Maasroute tussen de sluis van Ternaaien tot de aansluiting op de Waal in Weurt bij Nijmegen.

Lees meer: De Maas, een bottleneck voor de scheepvaart

Op de vaarroute zijn de afgelopen jaren door de hele provincie maatregelen genomen om de vaarweg geschikt te maken voor schepen uit de zogeheten Vb-klasse: 193 meter lang met een diepgang van 3,5 meter. Eigenlijk was het de bedoeling om de hele Maasroute eind 2018 gereed te hebben, maar voor Maastricht is dit te complex gebleken. Rijkswaterstaat heeft tot 2023 respijt gekregen.

Knelpunten

De passage door Maastricht is smal, onoverzichtelijk en vergt – zeker bij hoogwater – van schippers uiterste behendigheid. Rijkswaterstaat heeft simulaties laten uitvoeren waaruit blijkt dat op meerdere plekken knelpunten ontstaan. Grootste punt van zorg is de ingang van het Julianakanaal, waar schepen vanuit de snelstromende Maas het kanaal met nagenoeg stilstaand water invaren. Hier kan een squat ontstaan, waarbij de boeg van het schip iets omlaag ‘duikt’ en onder water kan gaan.

Slingerkoers

Een ander opvallend knelpunt is de slingerkoers die schepen van een bepaalde hoogte moeten varen. Bij de Sint Servaasbrug moeten ze rechts door de doorgang voor schepen, vervolgens moeten ze helemaal links door het beweegbare deel van de Spoorbrug en weer rechts het Julianakanaal in.

Rijkswaterstaat is met Pro Rail en de gemeente in overleg om te bezien of de spoorbrug verhoogd kan worden. Dat zou relatief eenvoudig kunnen doordat er geen treinen meer over zullen rijden; de lijn naar Lanaken wordt onttrokken aan het spoornet en de tram naar Hasselt zal de Maas niet kruisen.

Verbreding

Rijkswaterstaat studeert op een pakket van maatregelen om de vaarroute te verbeteren. Zo wordt gekeken naar verbreding en verdieping van de monding van het Julianakanaal. De oostoever ten zuiden van de sluis bij Limmel zou over een lengte van bijna een kilometer verbreed moeten worden.

De Borgharenweg zou dan deels moeten worden verlegd. Verder wordt er ‘verkeersmanagement’ ingevoerd voor de doorvaart door de stad; passerende schepen zijn verplicht via een apart marifoonkanaal contact met elkaar te houden.