Gewoon vastelaovend vieren

In het Jocusmuseum kunnen geïnteresseerden meer te weten komen over de historie van de vereniging. © FotoKino Linders

1842 was het jaar dat in café Boers aan de Vleesstraat in Venlo (waar later de eerste bioscoop van Nederland, City-theater, was gevestigd) de Sociëteit Jocus werd opgericht door alleszins achtenswaardige burgers van de stad.

Albert Lamberts

Dat het niet zo maar een bevlieging was mag natuurlijk blijken uit de inmiddels bijna 180ste verjaardag, maar ook uit het feit, dat direct een Reglement veur et Gezelschap Jocus werd opgesteld. Dat gebeurde op 13 december 1842 onder leiding van de president Joeccius XI E. Thiessen. Baron van Inkhoezen tot Pennenberg (J. Cramer) legde de elf artikelen nauwkeurig vast en leidde het reglement als volgt in:

Het Jocus-Comité gehiel op zien gemaak,

Hèt op dees hoege daag volbrag ein zwaore taak,

Ein reglement gemak, det netjes nao behuëre,

Gej vrinde allemaal zult zeen en leze huëre.

En dan volgen de elf artikelen, waarin onder meer werd bepaald, dat er maximaal elfhonderd leden mochten zijn, het ‘entreegeld’ evenals de jaarlijkse contributie drie gulden bedroeg, dat plezier en pret het ultieme doel waren, religie niet ter sprake mocht komen en wie zich met politiek bezighield ‘ne domme kwas is.

Het reglement werd later diverse malen bekrachtigd; ook in 1902. De toenmalige Vors Joeccius XI, M. Berger, schreef voorafgaand aan die bevestiging: Nao oet einen touverslaop van elf maond te zien wakker geschuddeld door de hevige ruzie euver schoëlplannen, riolen, slachthuuzer, villa’s (aanleg Wilhelminapark – A.L.) , haven, reufke, bouwplaatsen, enz.enz. in het jaor 1902 … moest iedereen zich onder de Jocusvlag scharen, waodoor alle kribbebieterie verbanne wuerd.

De gemeenteraad van Venlo had dus nogal wat op het bordje liggen, zo blijkt. Het aardige was natuurlijk, dat tal van Jocusraadsleden ook politiek actief waren, sommigen zelfs als lid van de gemeenteraad. Ook zij, zo wenste vors Joeccius XI, moesten zich tijdens de carnavalstijd onthouden van kribbebieterie. Gewoon vastelaovend vieren.

Uit Venlo’s Markt- en aankondigingsblad (verre voorganger van Het Dagblad voor Noord-Limurg) van zaterdag 26 november 1842.