Als Verstappen het niet meer weet, dan is er altijd nog Rudy van Buren: ‘In de simulator proberen we afstellingen uit, dat kan van grote waarde zijn’
Rudy van Buren is simulator- en ontwikkelingscoureur bij Red Bull Racing. — © Getty Images
Als Max Verstappen zijn rondjes rijdt op een van de internationale Formule 1-circuits, dan kruipt Rudy van Buren op de fabriek in Milton Keynes achter het stuur van de simulator. Komt de Limburger er niet uit met zijn afstelling, dan kan het zomaar zijn dat de coureur (31) uit Leeuwarden wél de zaakjes voor elkaar krijgt.
Het nieuwe jaar mag dan pas twee maanden oud zijn, de airmiles van autocoureur Rudy van Buren gingen al behoorlijk door het dak. Al meer dan twintig keer zat hij dit jaar in een vliegtuig. Vaak was Milton Keynes, waar de thuisbasis van Red Bull Racing gevestigd is, de eindbestemming. Daar legde hij als simulator and development driver de nodige kilometers af in de virtuele RB19. Letterlijk vertaald is Van Buren dus simulator- en ontwikkelingscoureur. Een steeds belangrijker wordende functie in de Formule 1, zeker nu het aantal sprint-races toeneemt en de coureurs steeds een beetje minder tijd hebben om de auto’s op de circuits af te stellen.
Terwijl Max Verstappen vorige week zijn nieuwe RB19 aan de tand voelde in Bahrein, nam jij plaats in de simulator in Milton Keynes. Wat doe je dan precies?
„Het belangrijkste is om er achter te komen of dat wat wij in de sim hebben gedaan afgelopen winter, overeenkomt met wat er op het circuit gebeurt. Dat bepaalde wijzigingen in de afstelling hetzelfde effect hebben op de auto als bij ons in de sim. Als team wil je namelijk dat de simulator bijna één op één hetzelfde doet als de auto. De testdagen hebben we dus vooral gebruikt voor het kalibreren, het gelijkzetten van het materiaal. Ik kan wel zeggen dat dit behoorlijk overeen kwam.”
De algehele tendens bij Red Bull Racing in Bahrein was uiterst positief. Wat krijg jij daar van mee?
„Eigenlijk alles. Als simcoureurs staan wij via engineers in direct contact met de mensen ter plekke. De auto lijkt competitief, maar het is altijd even afwachten in hoeverre de concurrentie verstoppertje heeft gespeeld. Het is fijn als blijkt dat al het harde werk van afgelopen winter niet voor niets is geweest. Het werk in de sim is daar een belangrijk onderdeel van.”
Heb jij tijdens zo’n dagen ook contact met Max Verstappen? Onlangs nog roemde hij in een interview bij Viaplay jouw werkzaamheden voor het team.
„Zoals ik al zei, gaat in principe alles via de engineers. Maar ik ken Max natuurlijk ook persoonlijk. We komen allebei uit voor Team Redline op de simulator, waardoor we in direct contact met elkaar staan. Je spreekt elkaars taal, dus het helpt om soms nog wel eens zaken één op één te bespreken of te verduidelijken via WhatsApp.”
Hoe word je eigenlijk ontwikkelingscoureur bij Red Bull Racing?
„Dat is best een lang verhaal. In 2017 werd ik uitgeroepen tot World’s Fastest Gamer waaruit een fulltimejob als ontwikkelingscoureur bij McLaren voortkwam. Daar kwam na één seizoen geen vervolg op. Later is er mede door de band met Max contact gekomen met Red Bull Racing. Je moet dan een selectieproces door zoals ze dat bijvoorbeeld ook doen met de junioren van Red Bull. Uiteindelijk is de keuze op mij gevallen. Eerst was dat nog allemaal een beetje onder de pet. Teams willen zo voorkomen dat er een hele rijderscarrousel ontstaat. Afgelopen jaar heb ik in september een vernieuwd contract getekend bij Red Bull. Toen heb ik aangegeven dat ik het graag publiekelijk bekend wilde maken. Ik ben trots dat ik dit werk voor Red Bull Racing mag doen en dat wil ik tegen iedereen kunnen zeggen. Gelukkig dachten ze daar bij het team net zo over.”
Gesleutel in de pitbox van Red Bull Racing. — © ANP
Hoe ziet een werkweek van jou eruit?
„Die vraag krijg ik vaker. Veel mensen denken dat ik in Engeland woon voor mijn werkzaamheden. Dat is niet zo. Ik vlieg normaal gesproken tijdens het seizoen zo’n drie á vier keer per maand naar Milton Keynes, waar ik dan meestal één of twee dagen blijf. In samenspraak met het team maken we een jaarplanning. Naast mij zijn er nog een aantal jongens die dezelfde rol als ik hebben. Daardoor kunnen we rouleren. Dat is prettig, want dan is er ook nog tijd om af en toe zelf te racen.”
En wat is jouw taak als Max Verstappen een Grand Prix-weekend heeft?
„In principe zit ik, als het mijn beurt is, in de sim als Verstappen in de auto zit en dan proberen we allerlei afstellingen uit. Dat kan soms van grote waarde zijn. Klein voorbeeld: Hongarije vorig jaar. Het team kreeg de auto op vrijdag niet werkende. Toen hebben we op de simulator van alles geprobeerd totdat we opeens wél een werkende afstelling hadden. Die informatie werd doorgestuurd naar de engineers ter plaatse, die vervolgens de veranderingen doorvoerden op de échte auto. We weten allemaal wie uiteindelijk de race won op zondag...”
Zelf kwam jij vorig jaar uit in de Porsche Supercup, een supportklasse van de Formule 1. Wat zijn jouw plannen voor komend seizoen?
„Mijn eigen agenda is in eerste instantie ondergeschikt aan die van Red Bull. Dus zodra de planning met het team rond is, kijk ik naar de mogelijkheden. De kalender van de Porsche Supercup heeft veel overlap met mijn eigen agenda, dus daar gaat op een aantal gastoptredens na een streep door. Ik ga komend seizoen meedoen aan het EK autocross. Hoe en wat precies wordt snel duidelijk, maar daar kijk ik enorm naar uit.”
Wat is eigenlijk leuker? Zelf racen of bezig zijn in de simulator?
„Ik vind vooral de combinatie heel erg leuk. Van origine kom ik uit de karting en daarna heb ik me gestort op het simracen. Later kwam daar weer écht autoracen bij. De simulator zoals die in de fabriek bij Red Bull Racing staat, is echt een geweldig ding om in te rijden. Natuurlijk, je hebt geen rijwind en zo, maar verder is bijna alles één op één hetzelfde. Je hebt daar ook een helm op en rijdt met hand- en raceschoenen. Het komt heel dicht bij de echte wereld.”